Locatie 11: Sint-Gummaruskerk
Door: Guy Meulepas
Ode aan onze beiaardiers

Door: Felix Timmermans
Uit: Schoon Lier
Hoog naar de lucht, boven daken en torens, en boven zijn eigen Gothieke pinakels zwiert de Sint-Gummarustoren zich op in leverworstkoleur, dragend een gezellige peperbusmuts waarboven een koperen haan draait en een kruis peinst. Er zit iets vaderlijks in hem, een heerser zonder trots, die uitnodigt.
Met zijn achtkantige kap, als een helm, waarop koperen toppekens blikken, zijn ronde zoldergaten als ogen, zijn horizontaalbeplankte galmgaten. die als koorden op de borst van een lancier zijn, heeft hij het voorkomen van een gemoedelijken tamboer-majoor, die alle zeven minuten zijn klokken eens opschudt, en op zijn zeven gemakken (waarom haastig zijn te Lier?) een liedeken uitgiet over de fameus-rode daken, om den Brabantsen lust er in te houden, en om de stilte onder hem niet te laten verstenen.